AND THERE WAS LIGHT

Op de eerste dag van de schepping sprak God: Laat er licht zijn.
Voordat God de zon maakte, zei hij: Laat er licht zijn.
Voordat hij een maan en sterren maakte, zei hij dat er licht moest zijn.
Voordat God iets maakte, zei hij: Laat er licht zijn.

En er was licht, licht in het koninkrijk van God…
En er was licht, licht in het koninkrijk van God…
En er was licht, licht in het koninkrijk van God…
En er was licht, licht in het koninkrijk van God…

God heeft het licht gemaakt en Hij noemde het licht dag.
En hij noemde de duisternis nacht.
En op de dag dat Hij de zon schiep, plaatste hij deze aan de hemel.

En er was licht, licht in de hemel hoog.
En er was licht, licht in de hemel hoog.

In het begin was het woord en het woord was bij God.
Het woord was bij God en het woord was God.
Door Hem werden alle dingen gemaakt, zonder Hem werd er niets gemaakt.
In Hem was het leven en het leven was licht.